Week 8

25 september 2016 - Tema, Ghana

De laatste weken waren ontzettend druk. Vandaar dat ik niet veel geschreven heb. Ik zal vandaag hopelijk een groot deel van de laatste weken kort samenvatten.

Zondag ging ik met een groepje van totaal vier personen naar een kerk. In de ochtend had ik er totaal geen zin in. Ik baalde er echt van dat ik voor een churchteam had opgegeven. Maar toen we na ongeveer 1,5 uur rijden bij de kerk aankwamen was ik God ontzettend dankbaar dat ik hier ben beland. Het was een kerk in the middle of nowhere, omringd door een soort jungle. Er waren twee kleine gebouwen. Een voor de kinderen en de ander voor de volwassen. Ze waren al lang begonnen toen we arriveerden. Het was echt een geweldige kerk. De mensen waren ontzettend aardig en vriendelijk. Ze waren ook weer typisch Afrikaans. Als de muziek begon begonnen ze allemaal te dansen. Soms gingen ze ook in een rij achter elkaar aan dansen. Ik ben dus helemaal geen dans type, dus soms is het echt heel ongemakkelijk, maar het is wel heel leuk om dit te zien. Ze maken ook echt veel lawaai. Er waren niet heel veel mensen in het kerkje, maar het geluid dat ze produceerden was echt gigantisch.

Na de kerkdienst ontvingen ze ons vriendelijk, maar communiceren met de locale bevolking is moeilijk want ze praten chi, hun moedertaal.

We gingen in het kindergebouw lunchen. We mochten Ghanees voedsel proberen, namelijk banku. Ghanezen eten alles met hun blote handen, en dan alleen met hun rechterhand. Als eerst wassen ze hun rechterhand met water een zeep.

Banku was ontzettend lekker! Het is misschien wel het allerlekkerste wat ik ooit gegeten heb. Banku is een soort deeg met cassava en mais. Je dipt de banku in een soort gerecht wat ze soup nemen. Het is wel pittig, maar zo ontzettend lekker. Daarnaast vult dit eten ontzettend, waardoor je de komende dag wel genoeg hebt gehad. Ik hoorde dus ook van Emmanuel, die ons naar de kerk bracht en ook vrijwilliger is aan boord de Logos Hope, dat hij soms maar een keer per dag at. Hij eet nooit vaker dan twee keer per dag.

Na het eten gingen we met de auto een stukje verder het dorpje in. Ze noemen het een dorpje, maar in mijn ogen is het geen dorpje. Er zijn af en toe wat hutjes bij elkaar en dan is er een smal pad die naar andere hutjes toe leidt. Echt Afrika.

We liepen dus door de 'jungle' heen naar Ron's huis. Ron is net als Emmanuel ook een vrijwilliger en bracht ons naar deze kerk. Hij leeft hier samen met zijn vrouw en zijn drie kinderen. Hij leeft hier, omdat hij hier wil evangelizeren en de mensen hier wilt helpen. De mensen in het 'dorpje' zijn namelijk heel arm, en de meeste van hen beoefenen hun geloof in hun voorvaderen.

Na een tijdje gelopen te hebben zag Ron een slang, maar helaas zijn de slangen snel en heb ik het niet kunnen zien. Ron liet ons ook een cacoa noot proeven, en andere Ghaneze vruchten.

Toen we eindelijk waren aangekomen bij Rons huis liepen we direct terug, want hij wou ons de waterbron laten zien van het dorpje. Het was schrikwekkend om dat te zien. Het water was ze drinken was een klein plasje water die ontzettend vuil is. Het is gewoon bruin water. De meeste mensen worden ook ziek van dit water. Sommige worden zelfs blind.

Uiteindelijk kwamen we pas laat in de middag weer terug. Het was heel bijzonder om het echte Afrikaanse leven mee te maken.

Dinsdag kreeg ik een gesprek met Sveta over dit dorpje. Ze had een bijzonder verhaal. Sveta bewaart altijd bijbels voor het geval dat mensen een bijbel nodig hebben. Ze had in dit geval vier bijbels bewaard. De dominee van het kerkje heeft niet veel. Het dorpje heeft bijna niks. Soms hebben ze alleen maar het nieuwe testament bijbels. De dominee vroeg ineens aan Sveta of ze bijbels voor hem had. Hij had drie bijbels nodig en een kinderbijbel. Raad eens? Sveta had precies die bijbels. De dominee vroeg niet om 5 bijbels, maar precies 4 bijbels. De bijbels die Sveta had. Sveta werd ineens heel serieus. Ze keek me aan en zei': we moeten voor dit dorpje bidden en voor de dominee. Ze hebben veeel hulp nodig. We hoeven hen niet persee financieel te steunen, maar we moeten we voor hen bidden. Niet alleen wij moeten voor hen bidden, maar ook de mensen thuis en de mensen om ons heen. Bidden is krachtig. Het is sterker dan financieel hulp. en het kost niets.'

Woensdagavond gingen Annica en ik erop uit om street evangelism te doen. Ik had er eigenlijk niet heel veel zin in, maar ik wist dat God mij er heen wou hebben. Vlak voordat we teruggingen naar het schip kwamen Cadwell weer tegen! De man die we de week ervoor over God hadden verteld! Hoe bijzonder. Hij was net terug van de week in Noord-Ghana. Annica had toevallig een deel van de bijbel bij zich en gaf het hem. Hij was nog steeds nieuwsgierig in God, en het was echt bijzonder om hem gewoon weer tegen te komen. We moeten voor hem blijven bidden dat hij het juiste pad mag vinden.

Donderdag was voor mij alweer een geweldige dag. God stuurde allemaal mensen op mij pad die ineens dingen deelden met mij waar ik op dit moment moeite mee heb. Een Nederlander sprak bijvoorbeeld ineens over luisteren naar Gods stem en de valkuilen van christenen. Ze heeft me weer bemoedigd en wat dingen helderder gemaakt. Tijd voor God maken is zo ontzettend belangrijk, en daarnaast moet je niet alleen praten, maar ook luisteren wat Hij te zeggen hebt.

'The Lord is near to all who call upon Him,

To all who call upon Him in truth.' (Psalm 145:18)

1 Reactie

  1. Jan Van der heide:
    25 september 2016
    Nou, op dat laatste zeg ik amen hoor Renate.
    mooi verslag weer en afrikaans kerk vieren lijkt me wat!
    Groetjes, Eva van der Heide